Een Kus

Een Kus.

Een kus erop en gewoon weer verder. Dat deed je vroeger bij kleine kinderen als ze zich bezeerd hadden. Bij Trump werkt het wellicht ook, merkte Juncker bij zijn ‘zoenoffer’ in Washington onlangs. Juli was onrustig, maar die kus verschafte Europese autofabrikanten wat opluchting. Al is er verder niets hard afgesproken: die sojabonen waren al afgeprijsd en die gasaankopen betreffen hooguit een intentie. Trump lijkt China harder aan te pakken dan Europa en voert de dreigementen hier verder op. Ik zie president Xi nog niet meteen bij Trump langs komen of een minister sturen om z’n nek te zoenen. Dat zou teveel gezichtsverlies betekenen dus deze strijd is nog lang niet gestreden. Wellicht hoopt Trump op een deal vlak voor de Senaatsverkiezingen in november. China zelf verlegt inmiddels haar handelsroutes en stimuleert de binnenlandse economie met een renteverlaging. Ze lijken het een beetje gehad te hebben met onze Donald, al kan schijn hier bedriegen. Misschien proberen ook zij er een betere deal uit te halen dan die destijds op tafel lag. Ondertussen vond men ook een manier om terug te pesten: de overname van NXP door Qualcomm is door China recentelijk tegengehouden. Net zoals Duitsland net een Chinese overname van een Duits bedrijf tegenhield. Globalisering is even niet meer zo’n populair begrip, steeds vaker spreken landen over hun “strategische belangen”. Zoiets beperkt de kans op overnames en dus op koerswinsten voor aandeelhouders, hoe begrijpelijk die strategische belangen ook mogen zijn.

De vraag rijst of het internationale bedrijfsleven straks nog wel gelooft in een vrije, relatief open wereldhandel. Wil je als bedrijf dat risico nog wel lopen? De potentiële kosten voor producenten (bv van auto’s) nemen sterk toe door de heffingen op staal en andere importheffingen. O.m. GM, Tesla, Nissan, Daimler, BMW, Hyundai en Toyota rapporteren prijsstijgingen en/of winstdalingen. Het fijnmazige, internationale netwerk, dat samen die profijtelijke wereldhandel vormt, zal opnieuw moeten worden gecalibreerd als straks het stof van dit conflict is neergedaald. De meest logische reactie van bedrijven is de keuze voor lokale productie voor lokale afzetmarkten, dan heb je van eventuele  in- of uitvoertarieven in elk geval nooit meer last. Maar ga je straks voor elk model auto 3-4 fabrieken bouwen? Denk daarbij ook aan Brexit door het VK, waar je ook niet meer zeker bent van tariefvrije export straks. Ook hier trekken fabrikanten weg. Het kan een gekke boel worden, waarbij dezelfde auto zowel in de VS, China, het VK als in de EU wordt gemaakt. Wat een verlies aan efficiency, aan schaalvoordelen! Zelfs dus als die handelsoorlog straks stopt en het VK de handelsrelatie met de EU weet te handhaven, zullen bedrijven risicomijdend gedrag blijven vertonen en wegtrekken. Voor isolationisme is er geen gemakkelijke weg terug.

Dat weten ze inmiddels ook in Engeland: ik vermoed dat een kus in de nek van Boris Johnson hier weinig uit zal halen. Wel is er een kleine kans op een hernieuwd referendum en dan zal ons pessimisme hier misplaatst zijn geweest, want ik vermoed dat de Britse bevolking deze fout niet nog eens zal maken. Maar niets lijkt zeker in dit drama, wellicht wil Boris premier May van haar troon verstoten. Zowel de EU als de regering in Londen en de Bank of England bereidt haar bedrijven en burgers voor op een harde Brexit, hoe absurd die er ook uit moge zien. Wat dacht u van Britse vliegtuigen, die plots geen landingsrechten meer hebben in de EU, om maar iets te noemen. Hiervoor moet je toch wel een oplossing kunnen vinden maar de Britse politiek is al langer onvoorspelbaar.

Het land dat nog het meest gevoelig lijkt voor liefkozingen is Italië: hier kan een charmeoffensief, gelardeerd met een flinke smak geld, wonderen verrichten. De ‘immigrantendeal’ lijkt vooralsnog een loze oplossing, dus Italië zal op een andere manier gepaaid moeten worden om haar te weerhouden van haar drieste voornemens om de publieke uitgaven te verhogen (ze noemen het ‘investeringen’). Al is hier nog geen zicht op een oplossing. Over de vergezichten op verdergaande Europese eenwording lezen we al een tijdje niets meer. Noord- en Zuid-Europa zijn hier totaal verdeeld over.

De (financiële) wereld draaide gewoon weer een maandje door, de winstcijfers over het 2e kwartaal waren veelal ok en aandelen herstelden wat, vooral in de VS. Ondanks de recordterugval van Facebook, dat op 1 dag $120 mrd aan marktwaarde verloor, steeg de internet economie met de Nasdaq index als graadmeter verder: Google, Amazon en Apple toonden goede cijfers. De oude (goederen) economie had het lastiger, met tal van winstwaarschuwingen van bedrijven, die lijden onder het handelsconflict. Hoe langer dat voortduurt, hoe meer landen en bedrijven daarvan de gevolgen zullen ondervinden. De vraag is of en wanneer die internet-bedrijven, via welke je die goederen bestelt, daar ook last van gaan krijgen. Vlak voor het ter perse gaan van deze nieuwsbrief werd de laatste IFO enquête onder Europese ondernemers bekend gemaakt: de ondernemingsverwachtingen in met name Duitsland, Nederland en Italië bleken fors neerwaarts bijgesteld, terug naar het niveau van 2012, terwijl prijzen voor industriële producten jaar-op-jaar met 3,6% stegen, een flinke versnelling.

Wij hebben intussen net de inschrijvingsprocedure afgesloten t.b.v. een wereldwijd (maar lokaal) opererend infrastructuurfonds: met $20 miljard in ca 300 assets  (lucht)havens, tolwegen, water-, elektriciteits- en telecombedrijven, etc.)  is het één van de meest gespreide fondsen in de sector. Het rendement/dividend schommelt thans rond de 7%, voor belastingen en lijkt vrij stabiel. Onze deelname start waarschijnlijk per 1 oktober a.s. Een beetje ouderwets en misschien niet onmiddellijk om te zoenen, maar een goede belegging behoeft niet altijd spectaculair te zijn.

Met die gedachte groet ik u, namens het team,

Wouter Weijand. Chief Investment Officer, Providence Capital